W@dgidsenWeb 2.1

U bent in menu 5. Nieuwsarchief

Broodkruimelpad

Home 5. Nieuwsarchief Wadlopen 2007 - 2012 MEDISCH PROBLEEM TIJDENS WADLOOPTOCHT

Nieuwsarchief Wadlopen 2007 - 2012

MEDISCH PROBLEEM TIJDENS WADLOOPTOCHT

4 oktober 2007 Papieren oefening, Leeuwarden

donderdag 20 december 2007

Wadlopen is nooit zonder risico’s. Het is echter van belang de risico’s te beperken en in staat te zijn eventuele calamiteiten het hoofd te kunnen bieden. De huidige regelgeving in de vorm van de provinciale Wadloopverordening 1996 sluit hierbij zoveel mogelijk aan. Bij de in het kader hiervan uitgegeven vergunningen (en ontheffingen) staat de veiligheid van gidsen en deelnemers aan een tocht dan ook voorop.

Aan de vergunning- en ontheffinghouder worden eisen gesteld ten aanzien van kennis en ervaring met het wadlopen voor o.a. de communicatie- en veiligheidsmaterialen die meegevoerd moeten worden.

70.000 wadlopers per jaar
Jaarlijks bewandelen naar schatting zo’n 70.000 mensen het Wad, begeleid door Wadloopgidsen. Zo’n 20.000 deelnemers maken een oversteek naar één van de Waddeneilanden, vaak onder de paraplu van een Wadlooporganisatie. De provinciale Wadloopverordening heeft tot doel om:

  • de veiligheid van het Wadlopen te optimaliseren,
  • de aantrekkelijkheid van het Wadlopen te behouden, en
  • de natuur- en landschappelijke waarden van het Wad in relatie tot de (te grote) massaliteit van het Wadlopen te beschermen.

    Al in 1999 is met de (zeven) Wadlooporganisaties en hulp- en reddingsdiensten afgesproken de procedures die verband houden met een eventuele calamiteit tijdens een Wadlooptocht te testen in de vorm van een oefening in de praktijk. De doelstelling van het oefenen is ervaring opdoen met en in de praktijk toetsen van bestaande procedures tussen de reddingsorganisaties en tussen reddingsorganisaties en Wadlooporganisaties. De oefeningen in 1999 en 2004 met alle betrokken partijen leidde tot een aantal gezamenlijke aanbevelingen. Een belangrijke uitkomst was dat het oefenen in de toekomst moet blijven plaatsvinden. De oefeningen worden met ingang van 2007 uitgevoerd door de Waddexpartners en opgenomen in het ‘Multidisciplinair Oefenjaarplan CRW 2008’.

    Over de oefening
    Op 4 oktober is onder regie en verantwoordelijkheid van Waddex een papieren oefening gehouden in het Provinciehuis te Leeuwarden met als dagvoorzitter de heer Miedema van het Kustwachtcentrum. Naast de zeven Wadlooporganisaties werkten de KNRM, het KLPD (waterpolitie), Brandweer Fryslân, het Kustwachtcentrum, Sar Klu en KM, GHOR, Politie Fryslân, Rijkswaterstaat en de Provincie Fryslân mee. In het ochtenddeel werd een bijdrage geleverd door de heer Knol van het Wadloopcentrum Fryslân over de historie en praktijk van het Wadlopen. Daarnaast gaf de heer Martini van de KNRM een toelichting over de organisatie en doelstellingen van Waddex. In het middagdeel werd in een aantal sessies een scenario behandeld. Daarbij was sprake van een situatie waarbij één van de deelnemers een medisch probleem kreeg tijdens een Wadlooptocht op de route Schiermonnikoog.

    Evaluatie
    De eerste reacties over de oefening zijn positief. Dat neemt niet weg dat de oefening vanuit de eerste evaluatie een aantal aandachtspunten heeft opgeleverd die doorgesproken moeten worden in de Wadloopadviescommissie (deze brengt advies uit aan de Colleges van Gedeputeerde Staten van de Waddenprovincies) en in Waddex. De uitkomsten daarvan zullen worden meegenomen in de opzet van een grote Life-oefening met Wadlopers die in september/oktober 2008 zal worden gehouden. Deze oefening zal waar nodig en mogelijk, leiden tot verbeteringen in de veiligheid van het Wadlopen.

    Auteur: Fokke Wagenaar, provincie Fryslân
    Bron: Nieuwsbrief CRW, december 2007


    Verslag deelnemer: donderdag 6 december 2007

    TABLE TOP OEFENING (TTE) WADLOPEN 4 oktober jl.

    'Enige discussie over de risico's van wadlopen in relevantie met ander menselijk handelen lijkt nu en dan te ontbreken'.

    LEEUWARDEN - Op 4 oktober jl. vond in het Provinciehuis van Friesland de Table Top Exercise (TTE) wadlopen plaats. Deze bijeenkomst, die om de paar jaar plaatsvindt wordt afgewisseld door een grootschalige Live Exercise op het wad, waarbij het geleerde in de praktijk gebracht kan worden. De bedoeling van de TTE is om de wadlooporganisatie's, hulpverleningsdiensten en andere betrokkenen in een warme kantooromgeving theoretisch te oefenen in een fictief incident en een beter inzicht te krijgen in elkaars procedures en mogelijkheden.

    Vanuit een oefenbehoefte van een aantal wadlooporganisatie's en direct betrokken operationele diensten werden dit jaar al eerder onder de vlag van Waddex Friesland (dit is de multidisciplinaire werkgroep voorbereiding bestrijding rampen en crises op het wad) twee kleinschalige hulpverleningsoefeningen op het Amelander Wad georganiseerd. Deze oefeningen pasten in het opwerken naar de TTE. Arenicola was hierbij niet betrokken.

    Klein kamertje
    Zo verzamelden zich tegen tienen 's ochtends zo'n 40 afgevaardigden van zes wadlooporganisaties, kustwacht, KNRM, brandweer, politie, marine, luchtmacht, provincie, gemeente en stuurgroep in een raamloos en ietwat te klein kamertje van het Provinciehuis. Ook Arenicola was met een afgevaardigde vertegenwoordigd. Onder het dagvoorzitterschap van het Kustwachtcentrum trapte Fedde Knol van Wadloopcentrum Friesland de bal af met een presentatie over de historie van het wadlopen en de verschillende wadlooporganisatie's. Bij de daarop volgende presentatie van Waddex Friesland bleek een in de praktijk ondervonden knelpunt te zitten in de "luchtsteun" van de KLu-SAR-helikopter. Terwijl de reactietijd door de week slechts 15 minuten bedraagt moet in het weekend op zo'n 1 uur en 10 minuten worden gerekend. Aanvullend werd door de marine afgevaardigde kltz-arts Bas Belder de vraag gesteld waarom er eigenlijk geen officieel EHBO-diploma in de vergunningsvoorwaarden was opgenomen. Instemmend gemompel en enige afkeurende geluiden waren het gevolg. Omdat uw afgevaardigde de bui al zag hangen en enig tegenwicht wilde geven aan zo'n medisch zwaargewicht gaf ik aan dat: "er zich onder onze leden veel artsen bevonden die een verplichting van een volledig opgetuigde officiële EHBO-opleiding inclusief alle jaarlijkse herhalingen niet opportuun vonden, alles afwegend tegen de geringe extra veiligheid en de grote inspanningen in tijd en geld. Bovendien is er al een verplichting om kennis te hebben van EHBO opgenomen in de vergunningsvoorwaarden". Al snel bleek dat zelfs de brandweer geen officieel EHBO-diploma hanteert, maar een eigen afgeslankt en op maat gesneden opleiding heeft ontwikkeld. Voor een toegesneden EHBWO leek vanuit wadloophoek meer draagvlak te bestaan.

    Fictief wadloopincident
    Na de lunch kon met het echte werk worden gestart. De eigenlijke oefening bestond eruit dat in drie afzonderlijke multidisciplinaire groepen een fictief wadloopincident in vijf sessies werd behandeld. Tussen de sessies door volgde een plenaire tussenevaluatie. Elke volgende sessie bevatte weer nieuwe aanvullende feiten en omstandigheden die besluitvorming aanscherpte en meer betrokkenen activeerde. Bij deze oefening betrof het een wadlooptocht naar Schier met meerdere onwelwordingen. Er werd hard gewerkt en naarmate de sessies elkaar opvolgden verplaatste het zwaartepunt van de besluitvorming zich steeds meer van wadloopgidsen en reddingscoordinatoren (zeeverkeersposten/ meldingskamers/ kustwachtcentrum) naar operationele reddingsdiensten (KNRM/ KLu-SAR/ marine) en bevoegd gezag en bestuurlijke diensten (politie/ overheden). Buiten het zwaartepunt was het zeer informatief voor een ieder om te ervaren hoe de andere partijen tot besluitvorming komen en binnen welke procedurele of situationele kaders er moet worden gewerkt. Zo is er bij de niet-wadlopers soms minder inzicht in de beperkingen wat betreft begaanbaarheid en dus manoeuvreerbaarheid op het wad en het strakke tijdskader van eb en vloed. Wadlopers daarentegen zien de SAR-heli graag als een eenvoudig telefonisch bestelde ambulance of zelfs taxi, zonder direct te ervaren dat achter de schermen een reddingsoproep onmiddellijk een zeer groot aantal diensten en organisaties in beweging brengt en vanuit de gebruikte protocollen crisissituaties al snel worden opgeschaald tot opperste paraatheid.

    Conclusies
    Tijdens de plenaire eindevaluatie, bleken er uit de drie groepen toch nog een aantal opmerkelijke eindconclusies cq. aanbevelingen naar voren te komen. Naast de voor de hand liggende conclusie dat een snelle situatiebeoordeling handig is en wadgidsen best wat initiërender kunnen zijn bij het aanvragen van een Radio Medisch Advies via de Kustwacht, klonken toch weer geluiden, tot genoegen van de dagvoorzitter zelfs uit de wadloophoek, tot het invoeren van een aan- en afmeldingsplicht. Pier Soepboer van Wadloopcentrum Friesland wist de lachers op z'n hand te krijgen door als woordvoerder van zijn oefengroep het permanent stationeren van een hovercraft aan te bevelen. Het lachen verging een aantal mensen snel toen hij vervolgde met de aanbeveling dat in het kader van gelijke monniken, gelijke kappen B-vergunninghouders net als A-vergunninghouders ook met minimaal 2 gidsen plus brancard hun tochten moeten begeleiden. Of hij daarmee bedoelde dat het clusteringverbod moet worden opgeheven werd niet meer duidelijk. Na een korte alcoholvrije borrel ging ieder huiswaarts.

    Nawoord
    Ontegenzeglijk zijn kantooroefeningen zoals deze, zeker wanneer deze afgewisseld worden door veldoefeningen, van grote betekenis om de veiligheid van het wadlopen te bevorderen. Het oefenen smeedt een naadloze aansluiting van alle partijen in een hulpverleningssituatie bij een wadloopincident omdat de communicatie is afgestemd en men inzicht heeft in elkaars denkwereld en procedures. En in de mogelijkheden maar zeker ook de beperkingen van ieders inzet. Het is dus gewenst binnen deze mogelijkheden de veiligheid optimaal te regelen.

    Een ander aspect bij de veiligheidsevaluatie is het vaststellen van het gewenste veiligheidsambitieniveau. In de discussie over de veiligheid worden telkenmale onder het mom van het voortschrijdend inzicht klakkeloos nieuwe voorwaarden geopperd en zelfs gesteld op het vlak van diploma's en examens (zoals reanimatie, EHBO, "B-vergunningsexamen", marifooncertificaat), nieuwe uitrustingsstukken (zoals marifoon, GPS, defibrillator), beperkingen (zicht bij mist bij verkenningen, meldingsplicht, jaarplannen).
    Opvallend hierbij is dat enige discussie over de risico's van wadlopen in relevantie met ander menselijk handelen volkomen lijkt te ontbreken. Is het wadlopen in zijn huidige vorm voor een vrijwillige zelf beslissende deelnemer wel risicovoller dan het op even vrijwillige basis reizen met de trein? En waarom zitten er in een volle bus niet twee buschauffeurs, voor de zekerheid? Je zou zelfs kunnen stellen dat het reizen met het openbaar vervoer als forens helemaal niet zo vrijwillig is, en het alternatief de auto nog risicovoller. Er zijn er maar weinig mensen die een familie met een wadloopslachtoffer kennen, des te meer mensen kennen families met verkeersslachtoffers.

    Wadlopen moet enig risico dragen. Dat is de charme en aantrekkingskracht ervan. Ook of zelfs juist voor de deelnemers. Anders kan iedereen net zo goed thuis op de bank naar Ja! Natuurlijk gaan zitten kijken.

    Wellicht dat er voordat er weer nieuwe verordeningen worden uitgebroed, eerst eens een duidelijk standpunt wordt ingenomen omtrent het gewenste ambitieniveau van de wadloopveiligheid. En voorlopig? Alles maar even laten zoals het is.

    Bron: Arenicola Bulletin, verenigingsblad van GWV Arenicola