W@dgidsenWeb 2.1

U bent in menu 3-4. Helden en Geschiedenis

Broodkruimelpad

Home Ongewone tochten Ode aan Rottumeroog: Driemaal vice versa - oktober 2019 / maart 2020

Ongewone Wadlooptochten

Ode aan Rottumeroog: Driemaal vice versa - oktober 2019 / maart 2020


Rottumeroog-Horsbornzand v.v., Rottumeroog-vaste wal v.v. en Rottumeroog-Rottumerplaat v.v.
Tracks Ben Verbree

donderdag 9 april 2020

Ben Verbree

Rottum is mijn favoriete wadloopgebied. Het is pittoresk, kleinschalig, heeft historische waarde en is enorm dynamisch. Deze laatste twee komen beiden tezamen bij het besef dat het eerste voogdhuis van Rottumeroog op het huidige Rottumerplaat zou liggen. En het laatste voogdhuis nog net op het huidige Rottumeroog. Blijft Rottumeroog doorwandelen en zal in de toekomst de vogelwachterspost Rottumeroog op het huidige Horsbornzand staan?
De kleinschaligheid kwam mooi tot uiting in de 20e eeuw waar de familie Toxopeus als enige het eiland bewoonde. De zelfredzaamheid die hiervoor nodig is om, in balans te zijn met wat de natuur met zich meebrengt, moet een fantastisch mooi avontuur voor hen zijn geweest. Ik heb hetzelfde gevoel wat Wiepke Toxopeus over Hendrik Toxopeus beschrijft in haar boek; "Ik ben van Rottum": opa was helemaal verrukt van de schoonheid van het eiland. Dat gevoel had ik bij de eerste keer en heb ik ook iedere laatste keer. Het diep rakende gevoel van puurheid.

De drie tochten die ik gemaakt hebt kun je naast figuurlijk ook letterlijk in een ander licht bezien. Eén in de nacht, één overdag en de laatste tijdens de overgang van dag naar nacht.


1. Rottumeroog-Horsbornzand v.v. in 1 tij - 31 oktober 2019

Net nadat de zon was ondergegaan vertrok ik vanaf Rottumeroog voor mijn retourtocht naar Horsbornzand. Het was een prachtige heldere dag geweest en de temperatuur wees een paar graden boven het vriespunt. De zuidoostenwind, kracht drie, deed de gevoelstemperatuur net iets dalen tot onder het vriespunt. Het eerste uur zijn de naweeën van het daglicht nog voldoende sterk om eenvoudig de koers te kunnen bepalen aan de hand van de herkenningspunten op het wad. Daarna kon ik nog vijf kwartier genieten van het maanlicht. Het was bijna vier dagen na nieuwe maan en opeens zag ik een fel en snel bewegend licht. Een soort vuurbal die na een korte boog uit beeld verdween, waarschijnlijk een vallende meteoriet.
Nadat de maan was ondergegaan namen de sterren de belichting over. Geleidelijk namen de aantallen toe. Het sterrenbeeld de kleine beer was als één van de eerste zeer duidelijk te zien. De zwarte achtergronden tussen de sterren werden kleiner, het licht nam toe. En op sommige delen waren duidelijk witte verdikkingen te zien. Fantastisch om dit zo omhoogkijkend te mogen aanschouwen. Maar ook als ik naar beneden keek zag ik licht. Het waren de korte flitsen van zeevonk, dat regelmatig opspatte vanaf de bodem als ik door een plas op de zandplaat liep. Dit natuurlijke spel van licht is wat het lopen over het wad in de nacht zo fascinerend maakt.
De heldere hemel maakte het mogelijk om ver te kunnen kijken. Overal in de verte zag ik kunstlicht. Van de booreilanden in het noorden, de lichten van Borkum in het noordoosten, de voorbijvarende boten in de Eems waarbij de contouren van de ramen duidelijk begrensd waarneembaar zijn, de lichten van de industrie in de Eemshaven en het licht van waarschijnlijk de overvarende veerboot van Schiermonnikoog naar Lauwersoog.
Kruisdiep passeerde ik de uitloper van het Sparregat. Ik liep iets meer wijdbeens om mij staande te houden in het krachtig stromende terugtrekkende water. Aangekomen op Horsbornzand stond ik kort stil en draaide langzaam driehonderdzestig graden om mijn as om al het hierboven beschreven licht te absorberen. Het wad bij nacht gaf mij kracht. Tijd om terug te keren naar Rottumeroog. De retourtocht verliep voorspoedig. Binnen vier uur, gemeten vanaf de aanvang van de tocht, zette ik voet aan land op Oog.


2. Rottumeroog-Uithuizen v.v. in 1 tij - 5 maart 2020

De makkelijkste tocht van de drie en voor mij tegelijkertijd degene met de meeste historische waarde. Het was helder weer, de temperatuur ongeveer 5°C en de zuidoostenwind had een kracht van 4 Beaufort. Om kwart voor negen in de ochtend vertrok ik vanaf Oog.


(Vertrek Rottumeroog)
Foto Ben Verbree

Alleen, soms heb ik dat nodig om mijn gevoel met de natuur nog intenser te maken. Tegelijkertijd beseffend dat vroeger Oog bewoond was. Er waren kloosters in de middeleeuwen, later ook een school. Ik passeerde Zuiderduintjes, dat eigenlijk pas heel recentelijk is geboren. Voor 1955 is het niet op de kaart te zien. Nu volledig in beslag genomen door de meeuwen en aalscholvers. Vroeger graasden er koeien op Oog. De geulen tussen de Reepriel en Sparregat passeerde ik kniediep. In de vroegere tijden schenen de strandvoogden soms ook naar het vaste land te lopen. Voornamelijk in de wintertijd als de Waddenzee bevroren was. Strandvoogd: een prachtig woord. Iemand die zorgt voor aangespoelde goederen, beschermer, toezichthouder en die handelingsbekwaam was. Zoals de van Dijken dit vak in de 19e eeuw uitoefenden en de familie Toxopeus in de 20e eeuw.
De grond onder mijn schoenen werd plakkeriger en het laatste deel ook slikkeriger, tot scheenbeendiep bij de rijsdam. Boven op de dijk aangekomen draaide ik mij om. Duidelijk kon ik de kenmerkende gietijzeren kaap van Oog zien.


(Dijk en kwelder Uithuizen)
Foto Ben Verbree

Ik begon aan het tweede deel van mijn tocht, de meest belopen oversteek van Rottum, de richting van Uithuizen naar Oog. Ik liep weer langs de rijsdammen en moest denken aan de oversteek, vlak voor de 2e wereldoorlog in 1939, van Meyer, Reyntjes, en Schortinghuis. Ik liep langs de dam, zij over de lorrierails. De foto dat zij gedrieën naast elkaar staan blijft mij altijd bij.


Via het smalspoor dat vanaf het barakkenkamp in de Lauwerpolder (St. Petersburg) naar de landaanwinningswerken leidde, lopen Schortinghuis cs. naar het wad, 14 juni 1939.

Startend met hun onderneming staan zij alle drie in een andere pose. Een pose van nieuwsgierigheid, volgend en van kom maar op. Het meest smeulende van het verhaal is de fotograaf. Jammer dat daar geen beeld van is hoe hij daar met zijn uitrusting liep. Hij week namelijk niet van hun zijde en liep uiteindelijk de tocht in z’n geheel mee. Fantastisch! Ik naderde ondertussen Zuiderduintjes, de witte glinsterende kuststrook maakt de zuidkust magisch. Waar het drietal, op Rottumeroog, werd ontvangen door oud-voogd Hendrik Toxopeus arriveerde ik alleen. Net zoals bij mijn vertrek en net zo indrukwekkend. Het mogen ontvangen van de puurheid van het eiland geeft een onbeschrijfelijk thuisgevoel.


3. Rottumeroog-Rottumerplaat v.v. in 1 tij - 26 maart 2020

Het was halverwege de middag en de zon scheen, een prachtig moment om te vertrekken vanaf Rottumeroog. Het weekend voorafgaande wilde ik vanaf Terschelling naar Griend lopen. Een combinatie van de volgende dag vroeg weer met mijn werk te moeten beginnen, voldoende weerstand blijven houden tegen het corona-virus en vooral de kou, van met name gedurende langere tijd borstdiep door het Oosterom te moeten waden, belemmerde mij om de tocht te ondernemen. Het werd door het gunstige getijde dus een simpele oversteek van Terschelling naar Zwarte Haan. De energie die ik in mijn lichaam had, hoefde ik niet aan te spreken. Maar ik wilde er wel wat mee doen. Het getij was niet slecht maar ook niet supergoed, Oog-Plaat-Oog binnen één getijde werd dus de sportieve uitdaging.


(Rottumeroog)

(Zuiderduintjes)
Foto's Ben Verbree

Tot aan de Zuid Oost Lauwers (ZOL) verliep alles volgens plan. Gestaag liep ik, meestal kniediep, door de met water gevulde Waddenzee. De onderhuidse contouren van het landschap dat de Wadden zo uniek maakt, liet zich vrijwel niet zien. Het versterkt bij mij het visuele verlangen naar de naderende eb. Het deel tussen de tonnen ZOL 48 en ZOL 36 deed een appel op mijn fysieke verlangen naar de eb. Ik worstelde met de geul die onder de ZOL liep. Wat het Wad zo uniek maakt, haar dynamiek, uitte zich in het verschil van het begin en einde van deze winter. Waar ik tot heden altijd over de noordzijde van de ZOL liep, koos ik deze keer om deels gebruik te maken van de zuidzijde. Met een lichte teleurstelling en met een spanning in mijn benen die ik herkende uit mijn tijd als korfbalspeler aan het begin van een wedstrijd, stond ik een klein half uur later dan gepland, aan de noordzijde van ZOL 36.
Voor de retour vanaf hier naar Plaat en terug gaf ik mijzelf 2,5 uur. Ik zette de stopwatch van mijn horloge op nul en begon met hardlopen. De oostelijke wind versoepelde het vinden van een aangename cadans. Onder mijn voeten zag ik de ritmen van de zandribbels. Mijn hoofd werd leger. Een dik uur later tikte ik, met de laatste zonnestralen van de dag, Rottumerplaat aan.


(Rottumerplaat)

 
Foto's Ben Verbree

De terugweg naar de ZOL verliep, ondanks de tegenwind op het laatste deel naar de ZOL, voorspoedig. Aangekomen op dezelfde plek aan de noordzijde van de ZOL was mijn eerdere teleurstelling getransformeerd naar een geleidelijk en gestaag vormend enthousiasme. De opkomende sterren en de wassende maan gaven mij voldoende licht om nog een uur in een rustiger tempo te blijven hardlopen. Na de uitlopers van de Reepriel en het Sparregat gepasseerd te hebben wandelde ik een uur lang, de Zuiderduintjes passerend, naar Rottumeroog. De 43 km lange tocht was binnen zeven uur volbracht. Staand in de duinrand van Oog, kijkend over het water van het Schild naar Plaat, voelde Rottum als één aan.